Psalm 44:10

SVMaar [nu] hebt Gij ons verstoten en te schande gemaakt, dewijl Gij met onze krijgsheiren niet uittrekt.
WLCאַף־זָ֭נַחְתָּ וַתַּכְלִימֵ֑נוּ וְלֹא־תֵ֝צֵ֗א בְּצִבְאֹותֵֽינוּ׃
Trans.’af-zānaḥətā wataḵəlîmēnû wəlō’-ṯēṣē’ bəṣiḇə’wōṯênû:

Algemeen

Zie ook: 1Q12

Aantekeningen

Maar [nu] hebt Gij ons verstoten en te schande gemaakt, dewijl Gij met onze krijgsheiren niet uittrekt.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

אַף־

Maar

זָ֭נַחְתָּ

hebt Gij ons verstoten

וַ

-

תַּכְלִימֵ֑נוּ

en te schande gemaakt

וְ

-

לֹא־

-

תֵ֝צֵ֗א

niet uittrekt

בְּ

-

צִבְאוֹתֵֽינוּ

dewijl Gij met onze krijgsheiren


Maar [nu] hebt Gij ons verstoten en te schande gemaakt, dewijl Gij met onze krijgsheiren niet uittrekt.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!